Ga naar hoofdinhoud

Wat zijn Innobrix Parameters?

Met Innobrix parameters worden de 3 (voorheen 4) parameters bedoeld die worden geïnjecteerd in het Revit document wanneer de Prepare Document knop van de Innobrix add-in wordt geactiveerd.

De 4 parameters zijn:

  • Innobrix: Type(s)
  • Innobrix: Column
  • Innobrix: Row
  • Innobrix: Floor* (legacy)
Innobrix: Floor*

Sinds de release van versie 2.0.0 van de Innobrix Add-in voor Revit wordt deze parameter als deprecated gezien. Bestaande modellen die nog gebruik maken van deze parameter blijven nog functioneel, maar in een toekomstige release zal deze parameter niet langer worden ondersteund.

5e parameter

Hoewel er een 5e parameter bestaat, is dit een read-only parameter die normaliter onzichtbaar is en alleen wordt gebruikt tijdens het importeren van het model. Het betreft de parameter is Situation.

De parameters zijn van het type Shared en zijn allen Instance gebaseerd. Zodra de parameters zijn geïnjecteerd in het document kun je deze parameters terugvinden op alle Model Groups die aanwezig zijn binnen je document.

Verwijderen

Let op bij het purgen van een document wanneer er (nog) geen Innobrix parameters zijn ingevuld. Het kan gebeuren dat tijdens dit proces de Innobrix parameters verwijderd worden waardoor de add-in niet meer correct functioneert. Mocht dit gebeuren, dan zul je de Innobrix parameters weer met hand moeten toevoegen. Vanaf versie 2.0.0 van de Innobrix add-in voor Revit kun je hiervoor altijd de Prepare Document knop voor gebruiken om ontbrekende parameters opnieuw te injecteren.

Welke parameters moet ik gebruiken?

Het uitgangspunt dat gehanteerd mag worden hangt af van het projecttype dat gekozen wordt. Voor een project van het type BIM Publisher zijn geen parameters meer nodig en kun je via Export without options een directe export maken. Voor de Woningconfigurator en Planconfigurator (optioneel) worden de Innobrix-parameters gebruikt. In gevallen waar je dus met dynamische opties werkt zul je de Model Groups waaruit een model (met eventuele opties) bestaat moeten voorzien van inhoudelijke parameter invulling.

De parameters worden gebruikt binnen Innobrix om de Model Groups in een zogeheten Tasveld weg te kunnen zetten, op een specifieke locatie of positie. Deze locatie wordt op de basis van de ingevulde parameters bepaald.

Het Tasveld is in principe alleen van toepassing wanneer het model gebruik maakt van optie-groepen.

Kolommen & Rijen

De parameters Innobrix: Column en Innobrix: Row gaan dus pas een inhoudelijke rol spelen zodra je met opties gaat werken. Zodra je een model met opties exporteert vanuit Revit kun je deze groepen weer terug in het tasveld. Het tasveld kun je vinden door in de Configurable-Editor op het -icoontje te klikken en vervolgens te klikken op Uitgeklapt.

Kolommen & Rijen

De toegepaste parameters kun je vervolgens bij elke groep aflezen aan de linkerbovenzijde in het model in tasveld vorm is uitgeklapt. De Model Group naam kun je linksonder elke groep aflezen.

Innobrix: Column

Deze parameter valt het best te omschrijven als een categorie. Het is mogelijk om labels te kunnen koppelen aan kolommen. Zo houd je eenvoudiger overzicht van je tasveld wanneer deze in omvang en grootte toeneemt.

Het is vooraf aan te raden om al een bepaalde indeling van je Innobrix: Column te kiezen.

Innobrix Kolommen

  • Kolom: 0 => Voorgevels
  • Kolom: 1 => Achtergevels
  • Kolom: 2 => Zijgevel (Links)
  • Kolom: 3 => Zijgevel (Rechts)
  • Kolom: 4 => Indelingen (BG)

Bovenstaand is een voorbeeld invulling. Het is bijvoorbeeld prima mogelijk om kolom 2 en kolom 3 samen te voegen tot enkel kolom 2 => Zijgevels waarbij alle mogelijke zijgevels van het model verwerkt zitten in meerdere rijen. Of het wenselijk is om deze samen te voegen tot één kolom is een tweede.

Een goede leidraad is: hoe meer variatie in een categorie (zijgevels, voorgevels, achtergevels, indelingen) des te wenselijker is het om deze toe te bedelen in een eigen kolom.

Innobrix: Row

Deze parameter slaat terug op een optie binnen een kolom. Innobrix: Row met een invulling van 0 geeft doorgaans de standaard-groep aan. Binnen het tasveld wordt een standaard groep als Blauw weergegeven. Optie-groepen hebben altijd een waarde van 1 of hoger.

Illegale Parameters

Er kunnen problemen ontstaan wanneer er foutieve invulling wordt gegeven aan de Innobrix parameters. Onderstaand een aantal bekende probleemgevallen.

  • Invulling van letters i.p.v. cijfers in het Innobrix: Column en Innobrix: Row veld.
  • Negatieve waarden (-1, -2 etc.) in het Innobrix: Column en Innobrix: Row veld.
  • 2 aparte Model Groups die exact dezelfde parameters bevatten. (Hier zal de Innobrix add-in vanaf versie 2.0.0 ook een foutmelding over tonen).